Autowereld test Toyota iQ

TweetEr zijn momenten dat autofabrikanten versteld staan van de inventiviteit van de ander. Dat zijn de momenten dat het jaren duurt voordat een eerste concurrent opstaat. Een voorbeeld daarvan is de Smart. Of was het juist de vrees van alle andere fabrikanten dat Smart zou mislukken? In ieder geval is Toyota nu de tweede aanbieder van een echte stadsauto met de iQ.

Plus- en minpunten
+ Trendy uitstraling
+ Extra mogelijkheden achterbankje
+ Lage exploitatiekosten
– Doorgeven van verkeersdrempels
– Geen schoonheid

Natuurlijk is er een reden waarom niemand in de voetsporen van de Smart durfde te treden. Het was een mooie gelegenheid om eerst de kat uit de boom te kijken. En ze leken bijna allemaal gelijk te krijgen, omdat de start van Smart als uitvinding van horlogefabrikant Swatch samen met Daimler weinig glorieus was. Regelmatig werd gesuggereerd dat serieus werd overwogen de productie stop te zetten. Hadden al die andere merken gelijk, of was het een kwestie van tijd? In ieder geval heeft Smart het terrein geëffend voor alle fabrikanten die willen volgen in dit specifieke deel van de markt.

Piepklein
Sowieso is de stadsauto nu een bekend fenomeen, al is de definitie door de jaren heen wat verwaterd. Een 2+2 duidt meestal op een coupé of cabriolet met een achterbank waar met goed fatsoen niemand op plaats kan nemen. Toyota noemt de iQ een 3+1 en alleen al daardoor mag het merk de nodige originaliteit niet ontzegd worden. Toyota heeft eens goed gekeken naar de bezwaren die vaak werden geuit tegen de Smart. Twee zitplaatsen blijkt voor velen toch net te beperkt, ook al maken velen nooit met meer dan twee personen van de eigen auto gebruik. Maar het gevoel extra ruimte te hebben wanneer dat nodig is, kan van doorslaggevende betekenis zijn bij de aankoop. Jaren geleden keek de wereld wat vreemd aan tegen de Smart. Een piepkleine tweezitter waar twee volwassenen voldoende ruimte in hebben en bovendien nog wat bagage kunnen meenemen. Makkelijk bij het parkeren in drukke steden en zuinig in verbruik, tenminste als er rustig wordt gereden. De voordelen kwamen ook snel aan de oppervlakte drijven.

Afgerond
De ontwerpers van Toyota hebben een hele lange tijd de gelegenheid gekregen het concept aan te scherpen en de typische bezwaren van hun Duitse tegenhanger te verhelpen. Sommigen doen alsof de auto met de komst van de iQ opnieuw is uitgevonden, maar zover gaat het natuurlijk niet. De nieuwste Toyota blijft keurig onder de drie meter lengte, maar is tegelijk met 1,68 meter behoorlijk breed. Dat is ook goed te zien. Recht van voren denk je bijna met een forse auto van doen te hebben, totdat je even langs de zijkant af kijkt en ziet dat het vehikel erg snel ophoudt. Om binnen deze bescheiden afmetingen een maximaal volume te bewerkstelligen, moeten de wielen exact op de hoeken van de carrosserie worden geplaatst. En daarom is het knap dat de Toyota een wielbasis heeft van twee meter. Er is beslist veel aandacht besteed aan de vormgeving die trendy is, maar een schoonheid mag de iQ niet bepaald genoemd worden. Hier geldt het principe van vorm volgt functie, dat zul je op zo’n beperkte afmetingen wel moeten. Hoekige en strakke vormen worden een beetje verzacht door de afgeronde lijn in achterste zijruit die mooi wordt doorgetrokken in de achterlichten.

Envelop
De auto beschikt over twee flinke voorportieren die een ruime toegang tot het interieur geven. En daarin vinden we twee volwassen stoelen. Mede dankzij de behoorlijke hoogte van de carrosserie biedt de iQ voorin de ruimte van een normale personenauto. Bovendien heeft de iQ nog wat extra’s, namelijk een achterbank. Deze is weliswaar bescheiden gedimensioneerd, maar in voorkomende gevallen kunnen er wel extra passagiers mee. Kijk en dat is nu net die extra vrijheid die autokopers graag willen. Het dashboard is ter hoogte van de passagier als het ware uitgehold en daardoor kan de bijrijdersstoel ver naar voren worden gezet, zonder dat een volwassen persoon permanent met de knieën het dashboard raakt. In dat geval past er een niet over bemeten persoon op de achterbank. Achter de bestuurder is de beschikbare ruimte aanzienlijk minder, maar voor een klein kind volstaat het. Zodoende een 3+1! In de meeste gevallen zal de rugleuning van de achterbank in twee delen zijn neergeklapt, zodat er sprake is van een redelijk bagagevolume van 292 liter gemeten tot het ruitniveau. Want achter de in gebruik zijnde achterbank kun je niet veel meer dan een envelop kwijt (32 liter). Logisch! Het bankje is geen oplossing voor lange afstanden, maar het vergroot beslist de inzetbaarheid van deze stadsmini.

Ambitieniveau
Bij een trendy uiterlijk hoort een modern ingericht interieur. Het dashboard is relatief eenvoudig van opzet, maar de materialen stralen wel kwaliteit uit. Snelheidsmeter en toerenteller zijn in elkaar geschoven en helemaal links zit een digitale display voor de boordcomputer, brandstofmeter en radiofuncties. De middenconsole heeft drie draaiknoppen voor de verwarming, ventilatie en standaard airco, waarvan de functies weer op een display helemaal bovenaan worden weergegeven. De radiobediening bevindt zich op de linker spaak van het stuur. Grappig dat de radio/CD-speler met MP3-aansluiting en zes luidsprekers, die standaard wordt gemonteerd, zo weinig knoppen heeft, waarmee toch echt alle functies worden bediend. De instapversie is niet bepaald kaal en dat is tekenend voor het ambitieniveau dat Toyota met de iQ heeft. De folder vermeldt in de specificaties onder meer elektrisch bediende portierruiten, lederen stuurwiel en pookknop, stuurverstelling en elektrisch verstelbare buitenspiegels. Het bekende arsenaal airbags wordt aangevuld met een achterruitairbag, die nodig is om eventuele achterpassagiers bij een aanrijding van achteren te beschermen. Andere standaard aanwezige zaken zijn de 15 inch lichtmetalen wielen en een schakelindicator die meehelpt het brandstofverbruik te temperen.

Driecilinder
Onder het ultrakorte neusje ligt een bekende motor, het is de 1.0 liter driecilinder die we ook kennen uit de Aygo. Deze levert een vermogen van 68 pk en een koppel van 91 Nm. Geen voorwaarden voor flitsende prestaties, maar wel voldoende om de 820 kg wegende muis in 14,7 seconden naar de 100 km/h te laten accelereren (top 150 km/u). Tevreden snorrend klinkt de 3-pitter keurig geïsoleerd vanuit zijn positie voorin. En wat dat betreft is de iQ structureel anders dan de Smart. Wat belangrijk is, is dat de iQ een bijzonder volwassen gevoel geeft, niet alleen in uitstraling en inrichting, maar vooral als we de weg op gaan. Natuurlijk is op verkeersdrempels te merken dat er sprake is van een bescheiden wielbasis, maar wat betreft stabiliteit en handelbaarheid hebben de ingenieurs van Toyota knap werk geleverd. De flinke breedte van de auto speelt daarbij in het voordeel. Ook heeft de Toyota relatief grote wielen. Vooral op de snelweg realiseer je je dat je eigenlijk niets meer nodig hebt als je doorgaans alleen of met twee personen in de auto zit. De elektrische stuurbekrachtiging zou op snelheid net wat communicatiever mogen zijn, maar in de stad ben je met een iQ al snel in het voordeel. Waar met de komst van de Smart werd gepromoot om minimaal twee exemplaren naast elkaar in een parkeervak te zetten, is de praktijk toch meer dat men achter elkaar blijft parkeren. En laat in dat geval de stadsauto maar lekker breed zijn.

Bijtelling
Prettige bijkomstigheid is dat het lage brandstofverbruik gelijk staat aan een gunstige CO2-uitstoot, waardoor de iQ vol in de prijzen valt. Dat betekent dat er geen BPM wordt geheven, de auto slechts een kwart van het normale tarief voor de wegenbelasting kost en bij zakelijk gebruik in het 14 procent bijtellingtarief valt. Wie kiest voor de CVT die mag zich op dezelfde voordelen verheugen, vandaar dat de meerprijs beperkt blijft tot 1.300 euro. In de praktijk kom je natuurlijk niet zo gemakkelijk op het gemeten verbruik uit, maar wie zich lekker vlot door het verkeer begeeft, scoort minimaal 1 op 17 gemiddeld.
Toyota levert de iQ in de Comfort-versie vanaf 12.990 euro. Daarboven zien we de Aspiration voor 14.300 euro. De meeruitrusting bestaat hier uit climate control, smart entry met startknop, regen- en lichtsensor, spiegelverwarming, mistlampen voor, koplampen met een donker masker en chromen sierlijsten rond de achterlichten. Tevens is er een 1,4 liter dieselmotor, maar die heeft een B-label en valt in het 20% tarief. Prijzen vanaf 19.290 euro! Ook komt er binnenkort nog een viercilinder 1,3 liter, waarover wel BPM betaald moet worden, die de normale wegenbelasting kent en 20% bijtelling heeft, maar met 100 pk natuurlijk wel beter presteert.

Conclusie
Toyota heeft met de iQ beslist niet de auto opnieuw uitgevonden. Wel hebben ze het bestaande concept van de Smart verder uitgewerkt en dat op een uitermate slimme manier. De kwaliteit is zoals we van Toyota gewend zijn. Het rijgedrag is verrassend, vooral met de stabiliteit is het goed gesteld. Alleen is de korte wielbasis goed voelbaar op verkeersdrempels en laten ze die nou veelvuldig in stedelijk gebied neerleggen. De uitrusting is opmerkelijk compleet en Toyota profiteert vanwege de lage CO2-uitstoot van de maximale subsidies en dat is mede bepalend voor een niet meer dan redelijke verkoopprijs. (bron:www.autowereld.nl )